Naamgeving

Hoe komt de Hoeksche Waard eigenlijk aan haar naam?

De huidige Hoeksche Waard ontstond na 1421 toen de Sint Elisabethsvloed het gebied overstroomde en de waterlopen in het deltagebied drastisch veranderde. Daarvoor hoorde het oostelijk deel bij de Groote of Hollandsche Waard, en het westelijk deel bij het voormalige eiland Putten. Na deze overstroming waren alleen de polders Munnikenland en Sint Anthoniepolder en enkele dijken nog over. In de Sint Anthoniepolder staat nog een kerkje dat tussen 1300 en 1400 is gebouwd. De naam Hoeksche Waard is afgeleid van de ambachtsheerlijkheid Hoecke, het tegenwoordige Puttershoek.
De bedijking van de Hoeksche Waard vond in hoofdzaak plaats tussen 1538 en 1653. De Hoeksche Waard bestaat uit ongeveer zestig polders. Er is een vijftal ringpolders; de Sint Anthoniepolder (1357), de Munnikenpolder (1411), de Heinenoordse polder (1437), de polder Oud Korendijk (1439), en de polder Oud-Piershil (1524). Alle andere polders zijn op deze oude polders aangehaakt. De Eendrachtspolder uit 1653 was de laatste grote polder die werd bedijkt. In de eeuwen daarna werden alleen nog smalle stroken land bedijkt, voornamelijk langs het Haringvliet en het Hollands Diep. Bijna alle dijken zijn nog aanwezig in het landschap van de Hoeksche Waard.

Plaats een reactie